De deur kraakt wanneer ik hem open. De geluiden van de straat maken plaats voor een vrolijke klingel en dan sta ik binnen. De geur van vers gebrande koffiebonen en de kalme geluiden van de koffiebar komen me tegemoet. Een zacht geklets, getik van kopjes en schotels, een deinende achtergrondmuziek en een plotse vrolijke lach die er af en toe bovenuit klinkt.
Ik ben er.
De eigenaar achter de bar knikt me vriendelijk toe. Warme ogen die me geluidloos groeten, en ik loop verder, op zoek naar het plekje voor mij. Ik passeer een zwijgend ouder koppel, de een verdiept in een knisperende krant, de ander in een lijvig boek, de pagina’s bedachtzaam en langzaam omslaand, terwijl haar ogen de letters niet verlaten. Een flinke klassieker, zo te zien. Ik gok op Tolstoj.
Dan een vriendelijke kleine hond, die zijn koppie omhoog steekt vanonder de stoel van zijn baasje, snuffelend met een kleine wiebel van zijn neus — om dan weer rustig te gaan liggen, gerustgesteld door mijn niet-alarmerende gezelschap. Ik knipoog naar ‘m.
Daar is mijn plekje. Een achteroverleunende diepe lage stoel, vlakbij het raam met glas van plafond tot vloer, en volledig uitzicht op de buitenwereld. Ik neem plaats, zak in de heerlijke zitplek, met een zacht kussentje in mijn rug. Hè…, een ontspannende zucht ontsnapt me.
Al snel wordt mijn bestelling opgenomen: een latte macchiato met een shot caramelsiroop. Mijn favoriet als ik mezelf wil verwennen. Zo eentje die je thuis nooit zo lekker krijgt als in een koffiebar. Zodra de koffie me tegemoet komt, met een vriendelijke knik wordt afgeleverd, en ik het hemelse drankje aan mijn mond zet, weet ik het weer zeker. De milde verwelkoming van de melklaag, het diepe koffie aroma, en dan die knallende caramel nasmaak als een toetje. Dat kunnen ze hier alleen. Zalig is het. Hemels gewoon. Ik sluit mijn ogen en laat de smaken nog even nasudderen, terwijl de drank mijn lijf vult met warmte.
Als ik mijn ogen weer open, kijk ik naar buiten, naar de andere kant van het raam. Een bellende moeder loopt voorbij, met een ingedutte peuter in haar buggy. Ik zie een broodjes bezorger op een snelle fiets, de bestellingen in een grote krat aan zijn stuur, vastberadenheid in zijn energieke bewegingen, veiligheidshelm op zijn hoofd. Daarachter een fier wandelende oudere dame, met wandelstok en haar netste kledij. Een bezorgbusje rijdt voorbij, en een prachtige oldtimer volgt. Zo eentje met een leren dak en vers gepoetste lak, opvallende koplampen en een groot stuur. De bestuurder lijkt mee te zingen met de radio.
Het is een drukte van jewelste daarbuiten. Een heerlijk contrast met mijn moment van rust. Mijn koffiemoment. Een wekelijks ritueel dat een korte pauze in de week vormt. Een stilte, te midden van de storm die het dagelijks leven kan zijn. Even niet bellen, fietsen, rijden, haasten, opletten of zelfs maar nadenken. Ik mag hier zitten, genieten en drinken. Gewoon even met mezelf zijn, terwijl iedereen om me heen doet wat hij moet doen. Zo verkeren we samen, in een evenwichtige balans, een dans van rust en ritme, midden op de dag.
Ik neem nog een slok, en glimlach.
